Zaterdag:
Eindelijk zijn we gaan paragliden. Dit wilde we al 3 weken doen maar het weer hielt ons elke keer tegen. Om kwart na 7 liep onze wekker af. We keken door het raam en zagen dat de witte sneeuwtoppen alweer niet zichtbaar waren door de vele wolken die er voor hingen. Alle 3 zeer teleurgesteld wilde Lander het paragliden afbelle, maar toen hij de manager aan de telefoon kreeg wist hij ons te vertellen dat de wolken tegen 9 uur wel zouden weggetrokken zijn. Dat te horen gekregen begonnen we snel aan het ontbijt en om 8u50 stond ons busje klaar om te vertrekken. Om 10u30 stonden we alle 3 boven op de berg klaar om te springen, om een half uur lang van het prachtige uitzicht over heel Pokhara te kunnen genieten. Jonas en Lander vonden het fantastisch en hebben er vollop van genoten. Ik daarintegen… ik werd misselijk van elke beweging die me maakten met als gevolg dat mijn maag het lekkere ontbijt heeft terug gegeven toen we geland waren.
Na een uurtje te bekomen was ik weer zo gezond als een vis en klaar om met onze 2 Hollandse vriendinnetjes een leuk dagje te beleven. ’s Middags zijn we gaan eten in een nieuw restaurantje vlak buiten het hospitaal. Hier moesten we voor 5 maaltijden maar 3 euro betalen, hiervan vielen letterlijk onze monden open.
Na onze zeer goedkope lunch zijn we naar Fish Tale Lodge gegaan, een hotel op het schiereilandje van het meer. Dit was niet zo maar een hotel maar een hotel met een prachtig buitenzwembad aan, waar buitenstaanders voor 5 euro heel de dag konden gaan zwemmen. Daar was het heel gezellig en hebben we ons rot geamuseerd.
’s Avonds zijn we in een Koreaans restaurant in Dam Side gaan eten om deze dag leuk en gezellig af te sluiten.
Zondag:
Vandaag konden we nog eens gezellig met 3 op kamp. De afstand viel deze keer goed mee en de weg was deze keer ook goed te doen. Om 7u ’s morgens moesten we klaarstaan om uiteindelijk een kwartiertje later te vertrekken. Aangekomen op onze bestemming kregen we uiteraard weer een hartelijk welkom met bloemen en een speech, ook een ontbijt werd er voor ons klaargemaakt. Rond 11 uur konden Jonas en ik beginnen met de visussen te testen om de patienten daarna door te sturen naar Lander en Darma die de anamnese stelden, de bloeddruk opmeette en voor de oogdruppels zorgden indien nodig. Om 3 uur waren alle mensen gescreend en konden we naar huis vertrekken.
Op weg naar huis wilde Darma ons nog iets moois laten zien. We stopten bij een boeddhistisch klooster waar we een tempel bezochten en een prachtig uitzicht hadden over de bergen.
Om 18u kwamen we weer aan bij de guesthouse. We kropen op tijd ons bedje in om onze voorlaatste werkweek fris en monter te starten.
Aangezien we vorige week plotseling niet meer gingen paragliden, hadden we beslist om het meer helemaal rond te lopen. Op de kaart stond er met rode lijnen aangegeven dat er wandelpadjes rond het meer liepen, alleszinds dat dachten we. Uiteindelijk bleken de rode lijnen hoogtelijnen te zijn en moesten we niets anders dan stijle bos en rotswanden, kloven en dichtbegroeide jungle trotseren.
Na een uurtje wandelen beseften we dat onze voeten vol hingen met bloedzuigers. Bij Lander en ik waren ze al door onze sportschoenen gekropen en zaten ze al lekker aan onze voeten te zuigen. Jonas was ongedeerd maar dit was toch voor hem de druppel om terug te keren. Lander en ik hielden wel van wat uitdaging dus gingen we met ons 2 verder. Echt zwaar hebben we het daarna niet meer gehad. Nog 1 keer een vrij gevaarlijk stuk langst bomen en rotsen naar boven moeten klimmen maar dat was voor 2 aapjes zoals ons geen enkel probleem. Op een gegeven moment kwamen we aan een overstromingsgebied. Nu stond er bijna geen water zodat we zonder problemen aan de overkant konden geraken. Nu ja, zonder problemen is veel gezegd. Op een bepaald moment moesten we over een plasje van nog geen 1 meter breed springen. Ik liep aan, stote mij af en kwam over het water terecht IN MOERAS. Mijn hele been zonk weg in het slijk. Ik probeerde mijn andere been snel iets verder te zetten en mij uit het moeras te sleuren met als gevolg dat mijn been wel uit het slijk was maar mijn schoen een meter diep achter bleef. Lander en ik hebben gebruld van het lachen maar daarmee was mijn schoen niet terug en we zaten nog maar in de helft van onze tocht. Achja, ik hing toch al vol met slijk dus wat maakte het uit. Ik terug het moeras ingegaan en ja hoor mijn schoen terugevonden.
Tegen de avond kwamen we pas terug aan in Lake Side waar we hadden afgesproken met Jonas. Hongerig als we waren besloten we om kebab te gaan eten want dat hadden we zeker wel verdiend (Lander en ik toch haha).