Hallo Iedereen,
Zoals de meesten onder jullie weten, ben ik dit weekend naar Duitsland vertrokken voor mijn buitenlandse ervaring. Ik zal een week stage lopen in het zentrum der rehabilitation R. Geerlofs in Pforzheim, nabij Stuttgart. Maandag begin ik mijn stage, maar hier toch al een blogberichtje over mijn eerste ervaringen op Duits grondgebied.
Gepakt en gezakt stond ik vrijdagochtend klaar om te vertrekken richting Stuttgart met de wagen. Ik was zenuwachtig, nieuwsgierig en enthousiast. Je mag veel zeggen, maar zo alleen op avontuur vertrekken is toch spannend. Na de 15de keer gechekt te hebben of ik de essentials mee had; gsm, laptop, laders, portefeuille, reiszak… kon ik de auto instappen richting Stuttgart. Wat een gezellige rit van 5u had moeten worden, draaide uit in een tocht van maar liefst 9u30. De eerste 400 km liepen gesmeerd, bijna geen wagen op de baan te bespeuren. Hier heb ik ook het eerste staaltje van Duitse gründlichkeit kunnen ervaren. Luttele kilometers van de grens met België stond een goed bewapand politieteam klaar om elke auto te inspecteren, ze waren met een stuk of tien. Zonder al te veel problemen werden we als veilig bevonden en mochten we doorrijden. De laatste 100 km was andere koek, alles zat vast. We gingen meter per meter vooruit. We hebben in totaal zo’n 3u of meer in de file gestaan. Gelukkig had één van mijn reisgenoten het geweldige idee om de laatste uren wat dragelijker te maken met haar cd vol vlaamse klassiekers. Zo mooi zo blond en zo alleen, Goeie morgen morgen, Ziede gij mij geire, geen wonder dat ik ween en veel meer passeerden de revue. Als je geluk had kreeg je er een live-zangconcert bij. Na zo een anderhalfuur liedjes, kwamen we eindelijk aan in Stuttgart.
Leuk weetje: Stuttgart stond tot vorig jaar op nr.1 wat files betreft in Duitsland, weer een deel van de cultuur dat ik aan de levende lijve ondervonden heb.
Het eerste wat opvalt aan Stuttgart is dat het een vrij nieuwe stad is. Veel appartementsgebouwen en veel moderne architectuur zijn aanwezig. Een deel van de straten zijn in raster gebouwd zoals in New York. Daarnaast is er een overvloed aan Wagenhandelaars.
Aangezien de persoon waarbij we onze overnachting huurden zelf nog in de file stond, besloten we een hapje te gaan eten. Na wat zoeken hebben we een typische Duitse kroeg ontdekt. Ze waren er duidelijk geen toeristen gewend, want we werden langs alle kanten in het café/restaurant aangekeken. Nadat de locals hadden kunnen wennen aan onze aanwezigheid, gingen ze gewoon weer hun zelfde luide gangetje. Het viel op dat er een aantal Duitsers alleen naar het restaurant kwamen en hun maltijd nuttigden aan de toog, een beeld dat in België minder voorkomt. Ik bestelde een pannenkoekensoep en een schnitzel mit bratkartöfln. Al snel beklaagde ik me het bestellen van soep en een hoofdschotel. Duitse porties zijn GIGANTISCH !! Een halve liter soep en 2 schnitzels met een berg patatten. Ook het drinken wordt hier met 0,5l geserveerd. Voor relatief weinig geld, krijg je relatief veel ten opzichte van België.
Na een lange vermoeiende reisdag, gingen we vroeg slapen in ons gezellig appartementje.
zaterdag;
Na ons ontbijt te zijn gaan halen bij de plaatselijke bakker en de tijd te nemen om rustig te ontbijten, trokken we de stad in. Wie Duitsland zegt denkt aan bier en auto’s, of ik toch op zen minst. Deze ochtend stond niet in het teken van bier, maar wel in het teken van Auto’s. Eén van de must sees in Stuttgart is het Mercedes Benz- museum. Vijf verdiepingen doen de volledige geschiedenis van dit automerk uit de doeken. Het gebouw op zich was al vrij imposant en modern, maar de binnenkant maakte het pas echt de moeite waard. Je waande je in een kathedraal van Mercedessen. Van stokoud tot gloednieuw, het was er allemaal. Hoewel auto’s men ding niet zijn, was het museum een aangename wandeling door de algemene wereldgeschiedenis en de geschiedenis van Mercedes. Zonder het zelf goed en wel te beseffen heb ik 3u in dit museum rondgewandeld. Moest je dus ooit naar Stuttgart gaan, het is echt een aanrader. En geloof het of niet, maar rechts staat de allereeste wagen van Mercedes-Benz.
Na het bezoek aan het Mercedes Benz-museum was de zoektocht gestart naar de binnenstad. Stuttgart heeft een heel uitgebreid netwerk aan U-bahnen, S-bahnen, treinen en bussen, maar de juiste vinden lijkt een hele uitdaging. Na veel vijven en zessen kwamen we dus aan in het stadscentrum. Hier bezochten we het Schlossplatz, het Versailles van Stuttgart. Helmaal verwoest tijdens de tweede wereldoorlog en helemaal heropgebouwd in de jaren ’50. Op de schlossplatz was een kleine kerstmarkt opgezet die al veel Duitsers en toeristen aantrok. Ik zou natuurlijk mezelf niet zijn, moest ik me in dit koude weer niet bezondigen aan een warme ghlüwhein mit ein Bratwürst. Geweldige sfeer met leuke Duiste schlagers, gezellige babbels en beginnende schnee (sneeuw). We hebben ons hier wel even warm kunnen houden.
Toen de sneeuw en regen ons net iets te hevig werd, zijn we drogere oorden gaan opzoeken. Een honderd jaar oude markthal deed dienst als schuilplaats voor ons en zo’n 500 andere personen die hetzelfde idee hadden. Desalniettemin was het een gezellige markt met de typische standjes die je verwacht op zo een markt. Hoewel ik Duitse producten in overvloed had verwacht, waren er meer Spaanse, Portugese en Israelische producten te vinden.
Na nog wat te hebben rondgekuierd in de winkelstraat besloten we om te gaan eten. Weerom waren de porties gigantisch, maar deze keer viel me iets anders op. Als je in Duitsland gaat eten krijg je in plaats van groenten op je bord, een bordje apart met groenten. Waarom moet ik me nog eens bevragen, eetgewoonte vermoed ik. Na een lange en vermoeiende dag, was het tijd om mijn bed op te zoeken.
zondag:
Vroeg opstaan was de boodschap vandaag, want ik moest om 12u in Pforzheim bij mijn gastheer zijn. We kunnen Stuttgart natuurlijk niet verlaten zonder eens een kijkje te gaan nemen in de derde must see van Stuttgart nl. het Porschemuseum. Héél kort door de bocht (wat een flauwe humor) is dit een museum vol porches. Anders dan in het Mercedes-Benz museum, krijg je in dit museum bij elke wagen een heel uitgebreide beschrijving van de motor. Mijn intresses liggen al niet bij wagens laat staan de motoren van die wagens, dus dit was een lichte tegenvaller. Toch heb ik al een kiekje kunnen nemen met mijn toekomstige wagen. 🙂 (Voor de wagenliefhebbers onder ons: Stuttgart is het Walhala van wagens)
Daarna ging ik dus richting Pforzheim. Pforzheim is op het eerste zicht een vrij dode stad op zondag. Straten zijn leeg, er rijdt amper verkeer en “toeristische trekplijsters” zijn gesloten. Gelukkig maakt het enthousiasme van mijn gastheer veel goed. Ik werd zeer hartelijk ontvangen, kreeg uitleg over het appartement en ontdenkte dat ik drie huisgenoten heb. Mijn huisgenoten zijn druk in de weer met het opzetten van een middeleeuwse markt, dus helaas heb ik ze nog niet kunnen ontmoeten. In de namiddag trok ik de stad in en maakte een grote stadswandeling. Eerst ben ik eens naar mijn rehablilitatiecentrum gestapt, om zo morgen de weg niet te hoeven vragen. Het ziet er klein, maar gezellig uit. De zenuwen beginnen stilaan te komen, morgen laat ik jullie alvast weten hoe ik de eerste dag beleefd heb!
Hieronder nog enkele foto’s van mijn wandeling, waar ik ook de oudste boom van Pforzheim ben tegengekomen! Hopelijk is er vanaf morgen dus meer te beleven in deze stad en kan ik jullie dus iets interessantere blogposts geven van Pforzheim zelf en van mijn stageplaats.
Vanavond ga ik nog rustig ontspannen zodat ik morgen vol goede moed en fris kan beginnen aan mijn stage, ik kijk er naar uit!
tot de volgende post!