Voltzberg, Ralleighvallen en Kaaimanston werd onze bestemming afgelopen woensdag tot zaterdag. Een vierdaagse trip waar we fysiek tot het uiterste gingen, maar fantastische herinneringen aan overhouden. We zetten ze voor jullie even op een rijtje:
Dag 1: busje – bootje
John, onze gids voor de komende dagen, kwam ons s’ ochtends thuis ophalen. Met een busje gevuld met veel bagage, eten, drinken, hangmatten, 6 avonturiers en 1 topgids reden we richting Kaaimanston. Het werd een busritje om nooit te vergeten. Na een eerste stop waar we ontbeten, reden we richting Zanderij (de luchthaven) waar we nog even een plaspauze hielden. Tot hier konden we nog genieten van de zachte asfaltweg, kort daarna werd de poging tot slapen sterk verstoord door de bauxietweg. De weg die ons naar Kaaimanston bracht, kan je wat vergelijken met een helse achtbaan. Ongeveer 2u 30min sprongen we op en neer in het busje (aangenaam kan je dit zeker niet noemen ;-)). Onze volgende stop werd veroorzaakt door een platte band (hoe kan het ook anders op zo’n weg). Met wat mankracht (vooral die van John en een klein beetje die van ons) was de klus zo geklaard en konden we onze helse rit verder zetten. Uiteindelijk (half door elkaar geschud) kwamen we aan in Kaaimanston, de thuisbasis van onze gids. Vanuit dit dorpje vertrokken we met het bootje richting Raleighvallen, de bestemming van komende twee dagen. Ook nu bleken we bij de pechvogels te zitten: de motor die het maar half deed. Bijgevolg werd het een 4 à 5 uur lange bootrit (stroomopwaarts weliswaar). Gelukkig konden we onderweg genieten van de stilte van de natuur. In het donker kwamen we aan op Funghu-eiland, onze slaapplaats voor volgende twee nachten. We laadden de bagage uit en installeerden ons in het Paviljoen. We kozen om onze hangmatten op de bovenste verdieping op te hangen (of laat ons zeggen: wij kozen en John hing ze op ;-)). Van een idyllische overnachtingsplaats gesproken: een prachtig uitzicht op de Ralaighvallen. Raleighvallen is de verzamelnaam van het hele gebied, hieronder vallen de verschillende watervallen en stroomversnellingen die zich er bevinden. Eens geïnstalleerd, had John heerlijk voor ons gekookt. Na het smullen van de green banasoep, kropen we met zen allen in onze hangmat (vermoeid na de lange reis ;-)). Voor we het beseften, lagen we allemaal in dromenland!
Dag 2: Voltzberg
Dag 2 stond gelijk aan de beklimming van de Voltzberg, een dag die zou ingaan als de fysiek zwaarste dag van heel onze periode in Suriname. Na een stevig ontbijtje, maakten we onze picknickzak, trokken onze bergschoenen aan en stapten in het bootje. Het bootje bracht ons naar de startplaats van DE wandeling. Meteen trokken we de jungle in. Na 2u wandelen op en onder boomstammen, omlaag en dan weer omhoog, over en naast een kreekje, tussen takken en bladeren, namen we een eerste pauze. Na even wat suikers opgenomen te hebben (koekjes!) konden we weer verder voor de volgende 45min. Hierna kwamen we aan op een plateau van waaruit we de Voltzberg (een kale berg temidden het groen) zagen. Toen zakte de moed ons even in de schoenen: moeten we deze berg opgeraken? De gidsen verzekerden ons dat het zeker zou lukken en na deze moedsprekende woorden (en alweer wat gegeten te hebben), zetten we onze tocht verder. Na alweer een halfuur doorheen het bos gewandeld te hebben, kwamen we aan bij de start van de beklimming van de berg. Al klimmend en klauterend vervolgden we onze tocht richting de top. Op een bepaald moment ging de beboste beschutting over in enkel de steen van de berg. Onder een stekend zonnetje sleurden we onszelf naar boven. Na een 8km lange wandeling zweten en zwoegen, kwamen we aan op de top van de berg. Fier op onszelf genoten we van een adembenemend uitzicht over de jungle. Spijtig genoeg was het genieten slechts van korte duur en moesten we heel de weg ook nog eens terug wandelen. Er stond ons alweer een 8km lange tocht in het verschiet. Volle goede moed begonnen we eraan, maar naar het einde toe draaiden we steeds meer op automatische piloot. Met veel doorzettingsvermogen baanden we ons een weg naar de Anjoemaraval. Vol opluchting verfristen we ons aan de waterval (heerlijk na zo’n stevige wandeltocht!) en vaarden erna weer richting Funghu-eiland. Doorheen de wandeling konden we ook een hoop diersoorten spotten: de black spider monkey (stoer doenerij alom: takken gooien maar! :-p), verschillende vlinders, een grote rups, en het geluid van heel wat vogelsoorten. Eens op het eiland aangekomen, mochten we da doodskopaapjes voederen (lees dus: banaan geven ;-)). Met hopen kwamen ze naar het onderste van de boomkruin geslingerd om de stukjes banaan uit ons hand te eten (wat een zalig gevoel! :-D). De schattigaards doelden wel enkel op het eten, erna slingerden ze weer omhoog. 😉 Terwijl wij ons opfristen (wassen in de rivier –> zalig!) ging John aan het koken. Kort nadien schoven we aan tafel voor een overheerlijke maaltijd (wat kan die John toch goed koken!). Na nog wat gerust te hebben in de hangmat, maakten we er met zen allen een gezellige avond van. Met een Borgoe-cola in da hand speelden we een potje kaarten (Jolien bleek hier duidelijk geen pro in te zijn ;-)). Na deze fantastische dag konden we vermoeid in onze hangmat kruipen!
Dag 3: Moedervallen en Kaaimanston Na de vorige dag een helse tocht achter de rug te hebben gehad, hadden we er nog steeds niet genoeg van. Dag 3 begon met een tochtje van 45 minuten (wat niets voorstelde t.o.v. de 7u-durende jungle-tocht de dag voordien :D) richting de Moederval. Iedereen stond weer fris en monter (de spierpijn negerend) met de bergschoenen aan (behalve Evelien = teenslippers; zij dacht even dat het om een gezellig boottochtje ging :p) paraat. Vijf minuutjes op de boot en de jungle stond ons weer op te wachten. Het begon reeds goed met een steile klim over en rond keien. Na wat gehijg en gezweet kwamen we boven aan en trokken we de beboste jungle in. Onderweg kwamen we weer enkele leuke en minder leuke diertjes tegen: black spider monkey’s (die zitten hier echt overal hé :D), een boskonijn (toch het achterste gedeelte ervan), een mooie -waarvan we de naam niet meer weten- zwarte slang en verschillende vogelgeluidjes (achtergrondmuziek enzo ;-)). En natuurlijk de jungle zou de jungle niet zijn, als er niet wat gestrompel en ‘achter de stenen blijven hangen’ bij kwam kijken (Auw onze tenen :o). Maar dit nemen we er graag bij als je merkt wat voor moois de natuur allemaal te bieden heeft. Eens we de Moederval bereikt hadden, konden we weer eventjes genieten van een mooi staaltje natuur. Zo mooi en indrukwekkend, dat je er onmiddellijk stil van wordt. Hier zouden we wel een tijdje kunnen blijven hangen, maar spijtig genoeg was dit niet mogelijk. Na het geniet-momentje was het weer tijd om terug te keren. Jaja, opnieuw 45 minuten stappen op dat zelfde padje (nu hebben we het wel gezien hoor :p) Eens de jungle uitgekomen, konden we opnieuw richting Fungu-eiland varen. Nu was het tijd om te ontbijten en onze spullen bij elkaar te nemen. Volgende stop: Kaaimanston, het dorpje waar onze gids en zijn familie wonen. Hier zullen we dag 3 verder doorbrengen, in hangmat weliswaar.
We werden hartelijk ontvangen door de dorpsbewoners van Kaaimanston, waardoor we ons snel op ons thuis voelden. Het dorpje op zich is niet heel groot, maar wel heel gezellig. We konden ons even voorstellen en trokken richting een hutje van stro waar we (zeg maar onze gids :D) onze hangmatten ophingen. Eens geïnstalleerd (voor zover dit kon :p), konden we na enkele drukke en intensieve dagen het wat rustiger aan doen. We kozen ervoor om ons neer te vleien op de rotsen en wat met de voetjes (of bij sommige wat verder) het water in te gaan. De zon scheen natuurlijk weer volop! J Naast het genieten van de zon, konden we ook genieten van enkele sterappels die de mama van John ons gebracht had (Mmmmh!). Plots sloeg het weer om en begon het te regenen. Met handdoek, sterappels, shampoo, fototoestel e.d. in de hand vluchtten we naar het dichtstbijzijnde huisje (het huisje van de mama van John), waar we vriendelijk werden uitgenodigd om binnen te komen en plaats te nemen op een stoel. Daar zaten we dan allemaal in zwemkledij met de handdoek rond ons, starend naar buiten en wachtend tot de regen zou ophouden. Na een half uurtje konden we ons richting onze hut begeven, waar we ons konden omkleden (jaja ondertussen zijn we het al gewoon om ons in een open hut tussen de hangmatten om te kleden ;-)). John gaf ons nog een zeer leerrijke rondleiding in het dorpje. We kwamen meer te weten over de verschillende bomen, vruchten, gewoontes en het verloop van een ‘afspraakje’ (jaja, hier komt er heel wat voorbereiding aan te pas :-p). Na de rondleiding, konden we kennismaken met het jachtgeweer van de papa van John. Elk van ons mocht één kogel in de lucht afschieten. Amai wat een geluid, kracht maar vooral adrenaline! Hierna konden we genieten van een heerlijke maaltijd (mama van John had gekookt, mmmh!). De avond werd afgesloten met een gezellig onderonsje op de rotsen, bestaande uit kaarsjes, borgoe/kokos cola, gezellige mensen en wat babbelen en moppen tappen. Aahja sindsdien hebben we ook geleerd dat Surinamers geen moppen kunnen vertellen! 😀 Even samengevat: veel te lange uitleg en uiteindelijk vraag je jezelf af ‘was dit de mop?’ Hoewel moppen tellen niet hun sterkste kant is, was het wel een geslaagde laatste avond van een zeer toffe 4-daagse trip!
Dag 4: Colakreek
We ontwaakten een beetje later dan de afgelopen dagen in onze hangmat (eindelijk wat uitslapen!). Iedereen was nog wat moe, maar toch schoten we meteen in actie (aankleden, zak maken, hangmat opruimen en bus inladen). Nadien genoten we nog van een heerlijk ontbijtje (smullen maar :-D). Vervolgens namen we afscheid van Kaaimanston en dus ook de familie van John. We maakten nog een groepsfotootje met de mama en namen zijn vader en nog twee nonkels voor een kort stukje mee (zij gingen op jacht in de jungle). Eens zij afgezet werden, reden we alweer voor een heel lange tijd over de hobbelende baan met veel heen en weer gezwier en wat misselijkheid tot gevolg. Ook nu werden we verrast door een platte band (woehoew, onze skills konden alweer geoefend worden ;-)). We reden richting Colakreek, een kreek vlakbij Zanderij. Colakreek is een recreatiepark met water dat eruit ziet als cola (door de verrotte bladeren). Eens aangekomen, plonsden we meteen in het water (heerlijke verfrissing na zo’n helse tocht). Onze verwachtingen voor Colakreek werden niet echt ingelost, maar toch genoten we van het verfrissende water, de stralende zon en natuurlijk een lekker ijsje! Rond 5u reden we terug richtin Paramaribo en spraken we l af om samen gezellig te gaan eten in Zanzibar. Iedereen werd thuis afgezet, nam een douche en waste al wat kleren om zo opnieuw samen te komen op de afgesproken plaats. We hadden een gezellige babbel over de geweldige trip en bekeken al de eerste foto’s via een diavoorstelling. Helemaal uitgeput kropen we nadien in ons bedje…
Sribi Switi!
Heeeey Glenn, Lore en Jolien!
Eerst en vooral wil ik jullie bedanken voor ons te verwennen met zo’n prachtige blog gedurende de tijd daje weg waart 🙂 Het blijft super leuk om al jullie belevenissen op de voet te volgen en da is maar mogelijk indien jullie er de moeite in steken om udder verhalen uit te schrijven 🙂
Ohh ik ben wel super jaloers op wat jullie daar allemaal aan het doen zijn hoor…
Jolien weet da maar das echt nen droom van mij om zo’n reis te doen 😉
Jammer genoeg kan ik er nu niet bij zijn maar wie weet in de toekomst e (hint) 🙂
Geniet nog van jullie tijd daar want het zal nu voorbij zijn voor je het beseft 😉
Tot dinsdagmorgen in Schiphol! Ik kijk er alvast super hard naar uit 🙂
Groetjes (en voor Jolien veel kusjes! nog ff en dan zijn we opnieuw samen woehoooooeeeeeew)