‘Waarke Waarke Waarke…’

Erasmus life is about meeting new people, visiting beautiful places and… party! Right? Haha! NOT!!!

Ik ben hier nu twee weken. De enige nieuwe mensen die ik leer kennen zijn de patiënten op het werk. Oja, en met mijn Roemeense buurman heb ik vorige week ook een conversatie van toch wel de volle vijf minuten gevoerd omdat we toevallig beiden in de keuken stonden aangezien het internet niet werkte op de kamer. Uitstappen? 0,0! (op die ene zondagnamiddag na toen de stage nog niet was begonnen en ik naar de plaza del Pilar ben geweest – zie vorige blogbericht). Party? Zot! Ik heb nog niet de tijd om deftig Fish sticks te bakken, zet het vuur op het hardste ‘omdat het zo wel het snelste klaar zal zijn’ en moet verdorie zwartgeblakerde vishompen eten! (oké, dat laatste ligt misschien ook wel een beetje aan mijn kookkunsten en intellectueel niveau…). Hoe dan ook werk ik elke avond tot 23u en ben ik pomp af, laat staan dat ik dan nog in fysieke/mentale staat ben om ’t stad in te gaan voor één of andere party… (ohja, weekends verlopen identiek).

En het toppunt van al is dat ik nog niets eens ben kunnen beginnen aan stagerapportering! Neen, alles wat ik tot nu toe van werk heb gedaan, zijn taken die ik op de stage krijg, allemaal opzoekingswerk, analytische verklaringen,… En dit is zó interessant! Echt waar, geen mop of sarcastische opmerking, ik leer hier super veel door bij en begin mij soms zelf een mini beetje slim te voelen als ik effectief iets lijk te weten als mijn stagementor mij een vraag stelt.

Ik zit dus momenteel gewrongen in een ware tweestrijd tussen enerzijds een echte slimme ergo worden die weet wat ze doet maar anderzijds al twee weken achter zitten op het schema dat ik voor mezelf had opgesteld (ja, ik weet het, ‘achter zitten op schema en het is niet eens blok’ #streverforlife 😉 ) met alle taken die we van school moeten maken én het stagerapport waarvan deel 1 intussen al volledig af zou moeten zijn maar bij mij nog steeds blanco staat te wachten, hopend op een eerste getypte letter.

Aangezien Hajra Usman ooit zei: “Balance is the key to life” heb ik besloten om hiervan mijn doel te maken voor deze week, evenwicht vinden. Een goed evenwicht tussen werken voor de stageplaats en werken voor wat ze in België van mij verwachten, maar ook tussen werken en vrije tijd.

Hopelijk ga ik zo mijn achterstand wat kunnen bijwerken en misschien wel tijd hebben om ook eens iets te bezoeken in Zaragoza en iets fijn te doen zodat mijn enige wekelijkse ‘insentive moment’ niet meer is ‘naar de winkel gaan voor boodschappen’. Dan ga ik misschien ook écht iets kunnen vertellen aan mijn amigos in België die vragen welke avonturen ik hier allemaal beleef en wat ik al allemaal gedaan heb én zal er misschien écht iets zinnigs te lezen zijn op mijn blog… 😉

Bon, veel gezaag dus, maar wat doé ik hier nu eigenlijk op stage? (vragen sommigen zich misschien wel af) Wel, om eerlijk te zijn, tot nu toe, niet veel. Ik moet de hele tijd dingen opzoeken in boeken en patiëntendossiers lezen, een beetje zoals een spons eigenlijk, informatie opslorpen. Soms mag ik mee helpen met een oefening zoals ballen gooien die de patiënt dan moet vangen of mee neurodynamica doen (hiervoor heb je namelijk vier armen nodig en mijn stagementor heeft er maar twee…). Deze week heb ik ook al wel wat mogen voelen aan armen (dit klinkt raar nu ik het zo lees, achja, schriftelijke vrijheid, remember? 😉 ) om het verschil te voelen tussen een hypertone arm, hypotone arm, arm met sensibiliteitsstoornis, musculaire spasticiteit en neurologische spasticiteit. Dit vond ik wel echt fantastisch! Ook heb ik de principes van kinesiotape geleerd (‘onmisbaar voor een ergo’ werd mij hier verteld, ‘helaas nog nooit van gehoord’ moest ik antwoorden), ik heb een bloeddruk leren meten met stethoscoop (ook dat kon ik niet, hier waren ze enorm verbaasd om aangezien dit toch de basis van de opleiding is, toch? – euhm…ik zat in élke les en nee, nooit gezien!). Ik leer veel over de Bobath principes, sensorische integratie, aquatherapie (over deze laatste zal ik volgende week een epistel schrijven). Ik moet spieren kunnen aanduiden en benoemen bij patiënten, de antagonisten hiervan kunnen geven zodat we weten waar de oorzaak van de spierpijn zit. Dit hebben ze mij zelfs op een stage in Pellenberg (ook fysieke revalidatie en echt de hel!) nooit gevraagd…
Conclusie: Ik leer hier enorm veel bij, het is super interessant en echt heel fijn om te doen (als ik dus iets mag doen hé). Enige nadeel: ik krijg bakken huiswerk mee waar ik mee bezig ben vanaf ik thuis kom tot ik ga slapen en heel het weekend lang. Hier moet ik dus nog iets op zien te vinden, anders zou dit wel eens fout kunnen aflopen vrees ik, een leeg stagerapport indienen, gaan ze in België denk ik niet zo fijn vinden… (alhoewel, minder verbeterwerk… ik corrigeer mijzelf: ‘een leeg stagerapport indienen, gaat mij niet zoveel punten opleveren…’)

Voilà, genoeg gezaagd, hier hou ik het bij voor deze week, ik moet nog wat opzoeken rond schrijfvoorwaarden tegen morgen…

Veel plezier nog ginds, geniet van het beter wordende weer en tot snel!

een lichtelijk gefrustreerde ikke 🙂